Dyslexie

Algemeen
In Nederland heeft ongeveer 10% van de leerlingen op de basisschool moeite met lezen. Ongeveer 4% van de leerlingen in het regulier basisonderwijs heeft dyslexie (Blomert, 2006a).
 
Officiële landelijke definitie dyslexie:
Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of spellen op woordniveau (Stichting Dyslexie Nederland, 2008). Blomert (2006b) voegt daar aan toe dat deze specifieke taalverwerkingsproblemen proportioneel afwijken van de overige cognitieve vaardigheden en leiden ondanks regelmatig onderwijs tot een ernstig probleem met het lezen dan wel spellen van woorden.. Dit specifieke lees- en/of spellingprobleem beperkt in ernstige mate een normale educatieve ontwikkeling.
 
Onderzoek naar en behandeling van ernstige enkelvoudige dyslexie (EED) wordt voor leerlingen van 7 tot 13 jaar sinds 1 januari 2015 vergoed door de gemeente vanuit de jeugdwet.
 
Breda
Binnen het regionaal samenwerkingsverband (RSV) waar Breda onder valt, is afgesproken dat elke basisschool op grond van het landelijke Protocol Leesproblemen en Dyslexie (ELD) de juiste kwaliteit moet bieden op het gebied van signaleren, diagnosticeren en behandelen van leerlingen die de vaardigheden op het gebied van lezen en spellen onvoldoende ontwikkelen. Alleen wanneer de begeleiding van de school conform het protocol ELD onvoldoende aanslaat kan een vermoeden van ernstige enkelvoudige dyslexie worden uitgesproken. Slechts dan kan er een aanvraag voor onderzoek bij het RSV worden gedaan.
 
De commissie voor toelaatbaarheidsverklaringen (CTLV) van het regionaal samenwerkingsverband (RSV) ziet toe op (de kwaliteit van) het voortraject op scholen wanneer er een aanvraag voor onderzoek wordt gedaan. Met een beschikking van het samenwerkingsverband kunnen de ouders zich tot het Centrum voor Jeugd en gezin (CJG) wenden voor een beschikking van de gemeente. Met deze beschikking kunnen zij zich voor diagnostiek wenden tot iedere gecontracteerde aanbieder binnen de gemeente Breda. CJG en/of school kunnen ouders, indien gewenst, hierbij adviseren. Indien ernstige enkelvoudige dyslexie wordt vastgesteld, komt de leerling in aanmerking voor vergoede behandeling.
 

Ondersteuning op KBS Laurentius

Zorgniveau 1
Alle leerlingen op KBS Laurentius krijgen vanaf groep 3 een basisaanbod voor technisch lezen en spelling. Dit noemt men in het landelijke Protocol Leesproblemen en Dyslexie (ELD) zorgniveau 1. De meeste kinderen zullen voldoende profiteren van dit aanbod om zich goed te ontwikkelen.

Zorgniveau 2
Kinderen die uitval laten zien op de Drie Minuten Toets (DMT) en/of AVI-toets en/of Cito Spellingtoets die krijgen extra aanbod. Uitval wil zeggen: niveau IV of V scores op de DMT en Cito spelling of AVI-niveau niet behaald. Zij profiteren onvoldoende van het basisaanbod. Het extra aanbod bestaat uit het intensieve arrangement binnen de klas.
Deze is per jaargroep verschillend, maar de rode draad bestaat op leesgebied uit de voor-koor-door aanpak, onder begeleiding van de leerkracht of onderwijsassistent. Op spelling gebied bestaat dit uit begeleide inoefening en pre- en/of re-teaching. In het ELD wordt dit zorgniveau 2 genoemd. De meeste kinderen zullen met behulp van deze aanpak voldoende ontwikkeling laten zien.

Zorgniveau 3
Er zijn echter kinderen die met hardnekkige lees- en/of spellingproblemen kampen. Dit zijn de leerlingen die tijdens twee aaneengesloten reguliere toetsmomenten een E/V score halen op de DMT óf een D/V score op de DMT en E/V score op de CITO spellingtoets. Wanneer hier sprake van is komt de leerling in aanmerking voor begeleiding op zorgniveau 3. Deze begeleiding komt bovenop de begeleiding van zorgniveau 2 en houdt in dat de leerling 3 keer per week 20 minuten extra begeleiding krijgt buiten de klas. Deze begeleiding wordt gegeven door de onderwijsassistent onder aansturing van de intern begeleider. Voor technisch lezen wordt gebruik gemaakt van de RALFI aanpak. (voor meer informatie zie: https://www.ralfilezen.nl/) Voor spelling wordt een foutenanalyse gemaakt om het aanbod te bepalen. De spellingcategorieën die de leerling onvoldoende beheerst worden expliciet aangeboden buiten de klas. Bij de aanvang van de niveau 3 begeleiding worden de ouders van de leerling hierover geïnformeerd. Nadat zij hiervoor toestemming verlenen, wordt in veel gevallen de Dyslexie Screening Test (DST) afgenomen. Deze test doet een voorspellende waarde op het al dan niet hebben van risico op dyslexie.

Na een half jaar wordt het rendement van de extra inspanning geëvalueerd. Wanneer de leerling voor de derde maal op rij een E score behaalt, wordt er gesproken van didactische resistentie (hardnekkige problematiek) en kan het dossier worden aangeboden aan het RSV, ter beoordeling, om te zien of de leerling in aanmerking komt voor vergoede diagnostiek. 

Tot het moment dat het onderzoek wordt afgenomen wordt de niveau 3 begeleiding op school voortgezet. Indien de leerling in aanmerking komt voor vergoede behandeling wordt de niveau 3 begeleiding op school voortgezet tot deze externe behandeling start. Zodra de externe behandeling start komt de niveau 3 begeleiding op school te vervallen.

Leerlingen die na het half jaar niveau 3 begeleiding niveau D/V of hoger scoren laten geen didactische resistentie zien en komen niet in aanmerking voor vergoede diagnostiek. De begeleiding op school wordt dan op zorgniveau 2 voortgezet. Dit bestaat uit de intensieve begeleiding binnen de klas.
 
In de kleutergroepen wordt spelenderwijs gewerkt aan de spraak/taalontwikkeling en de  leesvoorwaarden.  De leerkrachten screenen de leerlingen op automatisering; denk hierbij onder andere aan de namen van klasgenootjes in groep 1 en cijfer- en letterkennis in groep 2. School kan ervoor kiezen om kinderen met een risico op dyslexie een voorschotbenadering te geven op groep 3. Dit houdt in dat er in een groepje, dan wel individueel, expliciet letters aangeleerd gaan worden. Dit kan middels het programma Spreekbeeld of Bouw. In beide gevallen worden er korte lijntjes met de ouders onderhouden.
 
Tenslotte
Het staat ouders volledig vrij zelf een testinstituut, dan wel behandelaar van hun keuze te zoeken. Het is goed om te weten dat het RID een samenwerkingspartner van de school is. Zij hebben een behandellocatie op onze school. Het voordeel hiervan is dat de leerling weinig reistijd heeft en dat de behandelaar korte lijntjes met de school kan onderhouden.
 
Ouders zijn de eigenaar van het onderzoeksrapport van hun kind. Zij bepalen of school het onderzoeksrapport ontvangt. School is gebaat bij zo uitgebreid mogelijke informatie om de begeleiding van de leerling zo goed mogelijk af te stemmen op de hulpvraag.
 
Kinderen die vergoede dyslexiebehandeling onder schooltijd willen volgen worden hiervoor vrijgesteld van lestijd. Ouders moeten hiervoor vooraf toestemming vragen aan de school.
 
Indien u wilt weten of uw kind in aanmerking komt voor bepaalde begeleiding of vergoede diagnostiek kunt u contact opnemen met de leerkracht van uw zoon of dochter. Op verzoek kan de intern begeleider bij dit gesprek aansluiten.
 
 
Bronnen:
Blomert, L. (2006a). Onderzoek t.b.v. de protocollen voor dyslexie diagnostiek en behandeling (eindrapport projectnummer 608/001/2005). Amsterdam: CVZ.
 
Blomert, L. (2006b). Protocol Dyslexie Diagnostiek en Behandeling. (zie voor een digitale versie: www.cvz.nl).
 
Stichting Dyslexie Nederland (2008). Diagnose en behandeling van dyslexie. Brochure van de Stichting Dyslexie Nederland (geheel herziene versie). (zie voor een digitale versie: www.stichtingdyslexienederland.nl).
 

Cookie instellingen